De Amsterdamse trams zijn in de afgelopen decennia enorm veranderd in bijvoorbeeld het uiterlijk, lengte, kleur en snelheid. Maar twee kenmerken zijn nooit veranderd: de lijnnummers en, wellicht is het je nooit opgevallen, de lijnkleuren.
Zelfs bij in 2021 in gebruik genomen 15G-trams (daarmee wordt bedoeld: Amsterdamse trams van de 15e generatie) tref je ze nog aan: de vakjes met kleuren naast het lijnnummer: nu zelf digitaal weergegeven. Maar waar dienen ze in vredesnaam voor?
Ouderwets systeem, nog steeds in gebruik
Het antwoord is niet echt bevredigend: eigenlijk dienen ze namelijk nergens meer voor en zijn ze op dit moment puur nostalgisch aanwezig. Het is een erfenis uit het verleden toen nog veel mensen niet konden lezen en dus een patroontje met kleuren nodig hadden om de tramlijnen van elkaar te kunnen onderscheiden. De Gemeentetram heeft het systeem in 1903 ingevoerd toen de trams nog door paarden werden voortgetrokken.
Snelle feitjes
- Er zat van oudsher een systeem achter de keuze voor kleuren. Dat systeem is door de aanpassing van diverse lijnen niet meer accuraat.
- De ringlijnen hebben origineel een eenvlakslijnkleur gekregen: de lijnen 3, 9 en 10 voeren bijvoorbeeld resp. geheel geel, groen en rood.
- Lijn 13 ging ooit naar de eilanden. Inmiddels niet meer, maar het kleurvakje symboliseert dit nog wel steeds.
- Wist je dat lijn 24 nog steeds zijn oorspronkelijke route volgt? Daarmee is het de enige lijn met dit historisch kenmerk.
- Andere steden met het kleurensysteem, zoals Den Haag en Rotterdam, hebben het al lang afgeschaft.
