Op vrijdagnacht 17 augustus 1996 klonk een schreeuw om hulp in de Voetboogstraat in het centrum. Het is de 26-jarige Joes Kloppenburg die in gevecht is geraakt met enkele dronken en bovenal opgefokte jongens die even daarvoor ruzie aan het zoeken waren met uitgaanspubliek. Joes was ertussen gesprongen om de zaak te sussen maar moest het met de dood bekopen. Het is een zaak die ruim 25 jaar na dato niet is vergeten, en het monument voor hem moet voor altijd een herinnering zijn aan het zinloze geweld waaraan hij overleed.
Fatale nacht
Op Voetboogstraat 20 was in 1996 een patatzaakje gevestigd. Het was ter hoogte van deze zaak waar de boel uiteindelijk in die zomernacht in 1996 escaleerde. Het groepje daders liep door de Voetboogstraat in de richting van de snackbar en alles en iedereen op weg moest het ontgelden. Joes zag letterlijk de zakken friet door de lucht vliegen en besloot in te grijpen, waarbij hij de daders toeriep te “kappen”. In ieder geval een van de vier mannen besloot daarop zijn agressie op Joes te botvieren. Hij probeerde de snackbar nog in te vluchten, maar de eigenaar daarvan had de deur dichtgedaan. Joes bleef liggen op de trappen van de snackbar, kwam in een coma en overleed nog diezelfde nacht in het ziekenhuis.
HELP
Op de plek waar Joes zijn laatste momenten beleefde hangt nu een monument voor hem. De letters HELP in neon gespannen tussen twee panden, goed zichtbaar als het uitgaanspubliek door de Voetboogstraat trekt. Op de grond ligt een plaquette met een beschrijving van die fatale nacht.
Brug 5 in de Oude Spiegelstraat over het Singel, dichtbij de plek waar het incident plaatsvond, is sinds 2017 omgedoopt tot de Joes Kloppenburgbrug. Bij de brug hangt ook een bordje met een beschrijving van wat er zich die nacht heeft afgespeeld.
Een schreeuw om hulp in de Voetboogstraat